HARKEMA – De derby in deze klasse is tussen It Fean en Harkema. Met mooi weer en kunstgras waren alle ingrediënten aanwezig om er een prachtige pot van te maken. It Fean wist dat het moest winnen als het nog een heel klein kansje wilde hebben op klasse behoud en had vertrouwen na de dik gewonnen wedstrijd tegen Lintjo.

Het was Hilliena Zandstra die dit uitstraalde en direct met een prachtig afstandsschot opende , 0-1. De 1-1 volgde nog, maar daarna was het twee maal aanvoerster Margriet Helfrich die alweer sterk speelde na de vorige wedstrijd, 1-3.

Tot 3-3 ging het volledig gelijk op hoewel de Harekieten enorm moeite hadden met de strakke verdediging van Remco Zijlstra en Jan Geert Dijk die de spitsen van Harkema een zware middag bezorgden.

Toch had het vak van Remco Zijlstra het loodzwaar, de groenhemden kozen ervoor om zo zwaar achter te verdedigen dat van korfbal eigenlijk geen sprake meer was.

Dit had zeker het nodige succes want alleen het eerste aanvalsvak kon tot score komen maar deed dit dan ook steeds. Elke keer kwam het van 3-3 naar 3-5 en van 5-5 naar 5-7 middels goals van Lubbert Jan Dijk en Manon van der Veen.

Maar bij rust stond de Expert-formatie toch netjes voor en werden de puntjes op de i gezet, met de ervaring en de schotkracht van Remco van der Veen werden de laatste problemen opgelost en speelde dit vak steeds beter het afbraakkorfbal van de gastheren, uit.

Remco van der Veen bracht het doelpuntenverschil op 3 toen hij 7-10 scoorde. Jannie Postma was zo belangrijk met haar lengte, slimheid en rust en wist de 7-11 te maken. Deze voorsprong zouden de rood-zwarten nooit meer uit handen geven.

Elke keer als Harkema scoorde had It Fean een antwoord, Jan Geert Dijk schakelde in de tweede helft niet alleen vakkundig zijn spits uit, hij wist bovendien nog eens tweemaal te scoren in deze helft en was daarmee zo belangrijk voor zijn vak.

Bij 10-14 wist het Feanster publiek dat de wedstrijd in de knip zat, voor de vorm mikte Harkema nog een goal door het kunststof maar van een echt offensief kwam het niet meer, 11-14.